Meerdervoort: Difference between revisions

4 bytes removed ,  15:19, 19 August 2021
m
Text replacement - " " to " "
m (Text replacement - "50 px|Link=Netherlands[[Category:Nederlandse" to "[[Category:Nederlandse")
m (Text replacement - " " to " ")
Line 1: Line 1:
{{nl}}
{{nl}}
 
   
   
'''MEERDERVOORT'''
'''MEERDERVOORT'''
Line 12: Line 12:
Als wapen voor Meerdervoort geeft Regt (1848) een veld van keel, waarop drie schuinbalken van zilver, waaroverheen een leuw van zilver, geklauwd van goud. Dit wapen zou afkomstig zijn van Claes van Meerdervoort (zie onder). In het manuscript Beelaerts van Blokland (18e eeuw) wordt echter een geheel ander wapen genoemd, namelijk doorsneden: I in keel een gaande leeuw van zilver en II in keel drie palen van zilver. Over de oorsprong van dit laatste wapen is niets bekend.
Als wapen voor Meerdervoort geeft Regt (1848) een veld van keel, waarop drie schuinbalken van zilver, waaroverheen een leuw van zilver, geklauwd van goud. Dit wapen zou afkomstig zijn van Claes van Meerdervoort (zie onder). In het manuscript Beelaerts van Blokland (18e eeuw) wordt echter een geheel ander wapen genoemd, namelijk doorsneden: I in keel een gaande leeuw van zilver en II in keel drie palen van zilver. Over de oorsprong van dit laatste wapen is niets bekend.


De bedijking van de Zwijndrechtse waard werd in 1331 in gang gezet door Hendrik van Brederode. Hij bepaalde dat iedereen die meer dan 1/16 aandeel van de kosten van de nieuwe waard voor zijn rekening zou nemen, deze de titel Ambachtsheer van een gedeelte van de waard zou krijgen. Hierop besloot een achttal personen de bedijking te financieren. Zij kregen daarop allen 1/8 deel van de waard in leen. Deze 8 personen waren: Heer Schobbeland van Zevenbergen, die het gebied rond het huidige [[Zwijndrecht (Zuid Holland)|Zwijndrecht]] verkreeg; N van de Lindt, naar wie de [[Groote Lindt]] en [[Kleine Lindt]] zijn genoemd; Heer Oudeland, naar wie [[Heeroudelands Ambacht]] is genoemd; Jan van Roozendaal, die [[Heerjansdam]] verkreeg; Daniel en Arnold van [[Kijfhoek]]; Claes van [[Meerdervoort]]; Adriaan van Sandelingen, die [[Sandelingen Ambacht]] verkreeg en tenslotte Zeger van Kijfhoek, wiens zoon [[Hendrik Ido Ambacht|Hendrik Ido]] ambachtsheer werd.  
De bedijking van de Zwijndrechtse waard werd in 1331 in gang gezet door Hendrik van Brederode. Hij bepaalde dat iedereen die meer dan 1/16 aandeel van de kosten van de nieuwe waard voor zijn rekening zou nemen, deze de titel Ambachtsheer van een gedeelte van de waard zou krijgen. Hierop besloot een achttal personen de bedijking te financieren. Zij kregen daarop allen 1/8 deel van de waard in leen. Deze 8 personen waren: Heer Schobbeland van Zevenbergen, die het gebied rond het huidige [[Zwijndrecht (Zuid Holland)|Zwijndrecht]] verkreeg; N van de Lindt, naar wie de [[Groote Lindt]] en [[Kleine Lindt]] zijn genoemd; Heer Oudeland, naar wie [[Heeroudelands Ambacht]] is genoemd; Jan van Roozendaal, die [[Heerjansdam]] verkreeg; Daniel en Arnold van [[Kijfhoek]]; Claes van [[Meerdervoort]]; Adriaan van Sandelingen, die [[Sandelingen Ambacht]] verkreeg en tenslotte Zeger van Kijfhoek, wiens zoon [[Hendrik Ido Ambacht|Hendrik Ido]] ambachtsheer werd.  
De familie Van Meerdervoort bleef tot 1551 in het bezit van de heerlijkheid.
De familie Van Meerdervoort bleef tot 1551 in het bezit van de heerlijkheid.


approved, Bureaucrats, Interface administrators, Members who can see the literature depository, Administrators, uploader
3,710,207

edits