Oisterwijk

Revision as of 08:36, 9 September 2022 by Knorrepoes (talk | contribs) (Text replacement - "{{media}} Literatuur :" to " '''Literatuur''':")

Portaal Nederlandse Overheidsheraldiek



Portaal Nederlandse overheidswapens

Onderdeel van:
Heraldry of the World

Nederlandse heraldiek:

Overzeese heraldiek:
(Engelstalig)


  • Totaal aantal pagina's: 16.542
  • Waarvan afbeeldingen: 13.279

Nederlandse heraldische verzamelobjecten
(selectie)




OISTERWIJK

Provincie  : Noord-Brabant
Opheffing  : -
Toevoegingen : 1997 Moergestel

I : 16 juli 1817
"Van lazuur, beladen met 3 burgten van goud."

II : 28 oktober 1987
"In zilver een burcht van keel, bestaande uit een van een dubbele deur voorziene gekanteelde muur, waarop 3 gekanteelde torens, de middelste hoger en breder dan beide andere."

Oorsprong/verklaring

De heerlijkheid Oisterwijk heeft vrijheidsrechten sinds 1213.

Het oudst bekende zegel dateert uit 1259 en laat een burcht zien met 3 torens, waarvan de middelste de grootste is. De toren werd met een onbekend voorwerp (komeet ?) gedekt. Op 14e eeuwse zegels is deze laatste echter verdwenen. De burcht was echter nooit in een schild geplaatst en werd pas in de 14e eeuw van een poortopening voorzien. Latere zegels laten achter de burcht kleine boomtoppen of pauweveren zien. Op afbeeldingen uit 1666 en 1730 zijn de torens weer gedekt en staat het geheel op een groene grond.


Het zegel uit 1259 (bron)

Het zegel uit 1355 (foto via gem. Oisterwijk)

Het kwartier van Oisterwijk, een deel van de Meijerij van 's Hertogenbosch voerde eveneens een burcht, die vaak verward wordt met de plaatselijke burcht.

De burcht werd in 1817 in rijkskleuren bevestigd, maar in 1987 in de oude Brabantse kleuren hersteld.


Het wapendiploma van 1817

Het wapendiploma van 1987

Het wapen in de Oldenkott albums +/- 1910

Het wapen in de Koffie Hag albums +/- 1930

Het wapen op een envelop 1987

Het wapen op een envelop 1989

Briefhoofd, +/- 1986

Het wapen op een Willem II bandje


Literatuur: Wuisman,1988; Van Ham, 1984; Van den Bergh, 1878; Roy, 1730